Sumba: een onontdekt paradijs in Indonesië

Toen ik aan familie en vrienden vertelde dat ik, Renée, voor Van Verre op reis mocht naar Sumba in Indonesië, kreeg ik vooral verbaasde blikken: “Sumba? Waar ligt dat eigenlijk?” In deze blog neem ik je mee naar dit bijzondere eiland die je tijdens een rondreis Indonesië kunt bezoeken. Ik vertel je hoe je er komt, over de natuur, cultuur en de stranden.

Sumba is een eiland in Indonesië, onderdeel van de Kleine Sunda-eilanden. Tot deze eilandengroep behoren ook Lombok, Sumbawa, Flores en Timor. Het eiland Sumba is ongeveer zo groot als de provincie Gelderland: groter dan Bali, maar veel dunner bevolkt. Er wonen zo’n 3 miljoen mensen, verspreid over heuvels, savannes en dorpen waar tradities nog sterk leven.

Sumba ligt op minder dan anderhalf uur vliegen van Bali. Het eiland heeft geen internationale luchthaven, dus je reist eerst naar Bali en verblijft daar idealiter één nacht. Vervolgens kun je doorvliegen naar één van de twee luchthavens op Sumba: Tambolaka (in het westen) of Waingapu (in het oosten). Vanaf Bali vertrekken dagelijks vluchten naar beide plaatsen. Ook vanaf Surabaya (Java) kun je naar Tambolaka vliegen, al gaan die vluchten niet iedere dag.

De belangrijkste reden om Sumba Indonesië te bezoeken? Het eiland is nog opvallend onontdekt. Je deelt de mooiste plekken vaak alleen met de locals. Bovendien heeft Sumba alles: ruige natuur, een rijke cultuur en prachtige stranden.

Het westen van Sumba is groen en heuvelachtig, met bossen, rijstvelden en spectaculaire uitzichtpunten. Een hoogtepunt zijn de Waikacura-rijstvelden: tussen het groen vind je een kleine waterval en een helder poeltje waarin je kunt zwemmen, een echte oase.

Ook bijzonder is Weekuri Lagoon, waar zeewater via een spleet tussen de rotsen een lagune vormt. Je kunt hier heerlijk zwemmen in het kristalheldere water, al staat de lagune bij eb grotendeels droog.

In het zuidwesten ligt de Lapopu-waterval, bereikbaar via een korte wandeling door het bos en over een bamboebrug. Verder oostwaarts verandert het landschap: de heuvels maken plaats voor open vlaktes die doen denken aan een savanne. Hier vind je indrukwekkende watervallen als Tanggedu en Waimarang.

De Tanggedu-waterval bestaat uit meerdere kleine watervallen die samen een canyon vormen. De wandeling ernaartoe is goed te doen, al moet je op de terugweg wel 245 treden omhoog. De Waimarang-waterval ligt dieper in het bos en vergt meer inspanning, maar de beloning is groot: een afgelegen lagoon waar je kunt zwemmen.

Centraal Sumba is grotendeels beschermd natuurgebied (National Park) en nauwelijks bewoond. Vooral vogelliefhebbers komen hier aan hun trekken: dit deel van het eiland is een paradijs voor vogelspotters.

De cultuur van Sumba is net zo bijzonder als het landschap. In de traditionele dorpen herken je de huizen aan hun hoge, rieten puntdaken. De woningen staan op palen: beneden leven de dieren, in het midden de mensen, en in de top wordt voedsel opgeslagen.

Bekende dorpen zijn Ratenggaro Village en Praijing Village in het westen, en Rende Village in het oosten. In sommige dorpen zijn de rieten daken inmiddels deels vervangen door golfplaten. Praktischer, maar minder authentiek.

Veel inwoners van Sumba in Indonesië volgen nog het Marapu-geloof, een animistische religie waarin voorouderverering centraal staat. Overledenen worden bijgezet in stenen tombes op het erf van de familie. Deze graven maken letterlijk deel uit van het dagelijks leven: kinderen spelen erop, was en voedsel worden erop gedroogd.

Rondom het eiland liggen talloze stranden en baaien die nog nauwelijks ontdekt zijn. In het westen ligt Mandorak Beach, waar twee rotsformaties een natuurlijke poort vormen naar het witte zand. Hier kun je snorkelen, al is de onderwaterwereld minder kleurrijk dan op andere eilanden in Indonesië.

Het zuidwesten van Sumba is geliefd bij surfers vanwege de ruigere zee. Stranden als Watubela Beach en Marosi Beach behoren tot de mooiste van het eiland: brede zandstranden, rotsformaties en helderblauw water. In het oosten ligt Kambera Beach, een echt bountystrand waar je zo de warme zee inloopt.

Wie houdt van rust en natuur, vindt op Sumba in Indonesië altijd wel een eigen stukje paradijs.

De accommodaties op Sumba variëren van eenvoudige homestays tot comfortabele middenklasse hotels en luxe resorts. Er is dus voor ieder wat wils: of je nu de lokale sfeer wilt proeven of in stijl wilt ontspannen na een dag vol indrukken.

Na mijn reis kan ik zeggen dat Sumba absoluut thuishoort in mijn top drie eilanden van Indonesië. De combinatie van pure natuur, gastvrije mensen en een unieke cultuur maakt het eiland bijzonder. Sumba in Indonesië voelt nog authentiek, en dat is precies wat het zo de moeite waard maakt.

Wil jij ook Sumba ontdekken? Neem contact met ons op en we helpen je graag bij het samenstellen van je rondreis op maat.